
De Putter
De putter, ook bekend als de distelvink, is een kleurrijke en vrolijke vogel in de tuin. Door zijn rode gezichtsmasker, zwart-witte kop en gele vleugelstrepen is hij gemakkelijk te herkennen. De putter leeft vaak in kleine groepjes en laat een zacht, vrolijk gekwetter horen. Hij is dol op zaden van distels en andere kruidachtige planten, wat hem een nuttige en fijne gast in je tuin maakt.
Hoe herken je de putter?
De putter is een kleine zangvogel van ongeveer 12 tot 14 cm groot. Hij valt op door zijn bonte kleuren en elegante postuur. Je herkent hem aan:
- Rode gezichtsmasker met zwart-witte kop
- Gele vleugelstrepen
- Bruine rug en witte onderzijde
- Slanke, spitse snavel
In de tuin zie je de putter vaak in groepjes foerageren, vooral bij distels of voederhuisjes met zaden.

Het verschil tussen de putter en vergelijkbare vogelsoorten
De putter kan worden verward met de sijs of kneu, die ook kleine kleurrijke zangvogels zijn. De sijs ziet er net anders uit met een groengeel verenkleed en mist het rode masker. De kneu heeft een roodbruine borst zonder de kenmerkende vleugelstrepen van de putter.
Het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes
Mannetjes en vrouwtjes lijken veel op elkaar. Het verschil zit vooral in de intensiteit van de kleuren. Mannetjes hebben een dieper rood masker en fellere vleugelstrepen, terwijl de vrouwtjes wat matter gekleurd zijn.
Welk geluid maakt de putter?
De putter laat een vrolijk, kwetterend geluid horen. Zijn zang bestaat uit zachte, ratelende tonen, vaak met een melodieus karakter. In groepjes hoor je putters voortdurend tegen elkaar ‘babbelen’.
Wat eet de putter?
De putter is een zaadeter en heeft de voorkeur voor distelzaden. Hij zoekt vaak voedsel op planten zelf, waarbij hij handig zaden uit bloemhoofden peutert. Zijn dieet bestaat uit:
- Distel- en paardenbloemzaden
- Zaden van andere kruiden en grassen
- Kleine insecten
- Zonnebloempitten en pinda’s
Tip: Hang een voederhuisje met gemengd zaad of zonnebloempitten op om putters naar je tuin te lokken.
De ideale tuin voor de putter
De putter houdt van een natuurlijke, bloemrijke tuin waar veel zaden te vinden zijn. Geschikt zijn onder andere:
- Distels, paardenbloemen en andere zaaddragende planten
- Zonnebloemen en kaardenbol voor extra voedsel
- Struiken en bomen voor beschutting
- Bloemen die insecten aantrekken in het voorjaar
- Een waterschaal of vijver voor water

Waarom je de putter in je tuin wilt hebben
De putter is een vrolijke, kleurrijke vogel die niet alleen je tuin opfleurt, maar ook helpt met de verspreiding van zaden. Hij eet onder andere:
- Distel- en onkruidzaden
- Kleine insecten in de zomer
- Zaden van kruiden en grassen
Zijn aanwezigheid zorgt voor meer leven in de tuin en ook een natuurlijke balans.
Hoe krijg je de putter in je tuin?
Je maakt je tuin aantrekkelijk voor de putter door te zorgen voor voldoende voedsel en beschutting. Denk aan:
- Het laten staan van distels en andere zaaddragende planten
- Zonnebloemen en kaardenbol zaaien
- Een voedersilo met gemengd zaad of zonnebloempitten ophangen
- Struiken en bomen planten voor rustplekken
- Een waterschaal plaatsen voor water en badderen

Algemene weetjes over de putter
1. Leefgebied en verspreiding
De putter komt veel voor in Europa en is in Nederland het hele jaar door aanwezig. Je vindt hem vooral in tuinen, parken, boomgaarden en open velden met veel kruiden en bloemen.
2. Nest en broeden
De putter broedt van mei tot juli en bouwt een klein, stevig nest hoog in bomen of struiken. Per keer legt de putter meestal 4 tot 6 blauwe eitjes. Het vrouwtje broedt, terwijl het mannetje haar voedt en het territorium bewaakt.
3. De putter door het jaar heen
In het voorjaar en de zomer leven putters vaak in kleine groepjes en voeden ze hun jongen met insecten. In de herfst schakelen ze volledig over op zaden, vooral van distels en zonnebloemen. In de winter sluiten putters zich vaak aan bij andere zaadetende vogels om gezamenlijk voedsel te zoeken.
4. Bedreigingen en bescherming
De putter is geen bedreigde soort, maar heeft wel te maken met verlies van leefgebied door het maaien van bermen en het verwijderen van kruidenrijke velden. Ook roofdieren zoals katten en roofvogels vormen een gevaar. Gelukkig is de putter beschermd door de Wet natuurbescherming. Een bloemrijke, vogelvriendelijke tuin helpt hem het hele jaar door.
Liever persoonlijk advies in de winkel?
Wil je weten wat je allemaal kunt doen voor tuinvogels in jouw tuin? Onze specialisten in meer dan 160 Welkoop-winkels helpen je graag verder met tips, advies en de juiste producten.
Zoek een winkel